Overal ter wereld wint de energietransitie aan kracht. Elektrificatie, energie-efficiëntie en de overstap naar hernieuwbare energiebronnen voor energieopwekking zijn de belangrijkste kanalen van het transitieproces. Een dergelijk proces is echter ongekend en er ontstaanknelpunten, die het tijdig en ordentelijk behalen van de klimaatdoelstellingen in gevaar brengen.
Eén van de knelpunten waarmee de energietransitie in veel Europese landen wordt geconfronteerd, is de onderontwikkeling of onvoldoende capaciteit van ondersteunende infrastructuur. Bijvoorbeeld de beperkte netcapaciteit in de energiesector. Een dergelijke beperkte capaciteit beperkt de toegankelijkheid van nieuwe projecten tot het elektriciteitsnet, wat op zijn beurt de uitbreiding en uitrol van hernieuwbare energiebronnen beperkt en uiteindelijk het elektrificatieproces bemoeilijkt.
Meer specifiek, bij gebrek aan voldoende netcapaciteit, vinden sommige investeringen in hernieuwbare energie niet plaats of worden ze uitgesteld (wat in dit geval ook een negatief effect heeft op het rendement en de financiële levensvatbaarheid van deze projecten). Bovendien worden projecten op het gebied van alternatieve brandstoffen die afhankelijk zijn van hernieuwbare energiebronnen als belangrijkste grondstof, zoals groene waterstof, ook opgeschort, wat gevolgen heeft voor de transitie van andere sectoren, zoals de moeilijk af te remmen industrieën (scheepvaart en staal).
Momenteel staan er in Nederland lange rijen duurzame projecten te wachten op een netaansluiting. Wij denken hierbij aan de gematerialiseerde koolstofemissies kwantificeren die gepaard gaan met het uitstellen of vertragen van hernieuwbare projecten als gevolg van de beperkte netwerkcapaciteit of andere factoren, zoals langdurige procedures of vergunningsprocessen. Deze emissies kunnen worden uitgedrukt als koolstofkosten in termen van EU-ETS-rechten.
In 2024 was voor het eerst ruim de helft van alle in Nederland opgewekte elektriciteit afkomstig uit hernieuwbare bronnen zoals wind, zon en biomassa. Ondanks deze mijlpaal ging een aanzienlijk deel van de groene stroom verloren door een gebrek aan opslag- en netwerkcapaciteit. Volgens jaarcijfers van Energieopwek.nl is in 2024 54% van de elektriciteit in Nederland duurzaam opgewekt met biomassa, wind- en zonne-energie. Dit is een stijging van 11% ten opzichte van 2023, toen het aandeel precies 50% bedroeg. Vooral zonne-energie en windenergie leverden een grote bijdrage, met een stijging van respectievelijk 15% en 14%.
Bijdragen uit hernieuwbare bronnen
De hernieuwbare elektriciteitsopwekking in 2024 was afkomstig uit vier hoofdcategorieën:
Zonnepanelen: 20,5% van de totale elektriciteitsproductie.
Wind op land: 14,9%.
Wind op zee: 12,6%.
Biomassa: 6,1%. De groei van de biomassaproductie (9%) komt vooral door meer meestoken in kolencentrales en het gebruik van biobrandstoffen.
Vermogensverlies door overschotten
Het aandeel groene energie had nog hoger kunnen zijn als de overschotten beter waren benut. Op momenten dat de zon scheen en het hard waaide, moesten windmolens en zonnepanelen worden uitgeschakeld vanwege gebrek aan opslagcapaciteit en congestie op het elektriciteitsnet. In totaal ging er 3 terawatt uur duurzame elektriciteit verloren, genoeg om Nederland tien dagen van elektriciteit te voorzien. Hiermee heeft Nederland de schone energie laten verdwijnen, terwijl fossiele centrales later moesten ingrijpen om aan de vraag te voldoen, benadrukt Energieopwek.nl. Als de overschotten waren opgeslagen, bijvoorbeeld als waterstof, had groene energie 56,5% van de productie kunnen bereiken.
De rol van de grid
De energiecrisis was een grote katalysator voor investeringen in hernieuwbare energiebronnen, vooral voor gedistribueerde zonne-energie. Dit was het meest zichtbaar in de drastische stijging van de investeringen in zonne-energie vorig jaar. De snelle inzet van gedistribueerde zonne-energie met het ontbreken van voldoende netwerkcapaciteit en grootschalige opslag vertaalt zich echter in stroomuitval, inperkingen en negatieve prijzen, wat investeringen ontmoedigt en het transitieproces vertraagt.
Beperkte netcapaciteit gaat doorgaans gepaard met lange vergunnings- en planningstijden en een oud elektriciteitsnet. Bovendien is het netwerk-uitbreidingsproces complex, waarbij veel belanghebbenden (publiek en privaat) op nationaal en regionaal niveau betrokken zijn, waardoor coördinatie op verschillende niveaus vereist is. Bovendien zijn er lange aanlooptijden voor het verlenen van vergunningen voor netprojecten vanwege de inefficiëntie van de vergunningsprocedures, samen met de extra tijd die nodig is om zich aan te passen en te voldoen aan de nieuwe regelgeving. Al deze problemen zouden ervoor zorgen dat de tijd die nodig is voor net uitbreidings-projecten bijna het dubbele zal zijn van de tijd die nodig is voor bijvoorbeeld de ontwikkeling van duurzame projecten. Dit is een alarmerend teken: een langzamere transitie als gevolg van onvoldoende netwerkcapaciteit wordt vergroot vanwege de discrepantie tussen het tijdsbestek voor de implementatie van netwerkuitbreidingen en de tijd die nodig is voor de implementatie van elektrificatie of hernieuwbare energie.
De lange doorlooptijden hebben ook een financiële impact op de levensvatbaarheid van duurzame projecten: een wachtrij maakt het voor ontwikkelaars een uitdaging om in te schatten wanneer het project operationeel zal worden. Dit beïnvloedt hun zichtbaarheid op de timing van toekomstige kasstromen, wat mee wordt genomen bij het rendement van deze projecten.
De Nederlandse netcapaciteit is beperkt
In grote delen van Nederland is het elektriciteitsnet zo vol dat zich de komende jaren geen nieuwe grootverbruikers, zoals bedrijven, kunnen vestigen – totdat in ieder geval de versterkingen van het elektriciteitsnet gereed zijn of er flexibeler gebruik van wordt gemaakt. Deze kwestie is ook in veel andere landen, zoals de VS, Duitsland en Groot-Brittannië, aan de oppervlakte gekomen.
Het ontbreken van een aansluiting op het elektriciteitsnet is een erkend probleem door veel Nederlandse bedrijven en huishoudens met lange wachtlijsten door het hele land. Zo staan bijna 10.000 bedrijven in de rij voor nieuwe netcapaciteit, wat overeenkomt met het tienvoudige van de elektriciteitsvraag van de stad Eindhoven, terwijl de problemen met de netaansluiting aan de vraagzijde naar verwachting tot 2035 zullen aanhouden.
Een soortgelijke situatie geldt voor de aanbodzijde, namelijk voor de ontwikkelaars van zonneparken en windparken die essentieel zijn voor het slagen van de duurzame energietransitie in Nederland. Volgens Netbeheer Nederland, de vereniging van Nederlandse elektriciteitsnetbeheerders, zijn er 7.583 unieke aanvragen voor een aansluiting voor het voeden van elektriciteit op het net. Deze verzoeken bedragen ongeveer 3,54 GW aan extra capaciteit die potentieel gebruikt kan worden voor de opwekking van duurzame elektriciteit.
We moeten het belang benadrukken van de tijdige inzet van infrastructuur voor het transitieproces en het tijdig en ordentelijk verwezenlijken van de klimaatdoelstellingen. Met de focus op Nederland constateren we dat een vertraging in investeringen in hernieuwbare energie als gevolg van beperkte netcapaciteit of andere factoren, zoals lange vergunningstermijnen of ontbrekende regelgeving, zou leiden tot CO2-kosten tot wel 376 miljoen Euro op jaarbasis. Dit getal is echter gebaseerd op de huidige capaciteit in de wachtrij die wacht op een netaansluiting om elektriciteit aan het elektriciteitsnet te leveren, zonder rekening te houden met het mogelijke uitstel van de elektrificatie in andere sectoren aan de vraagzijde. Het meenemen van dit laatste in deze overweging kan de schade veroorzaakt door netvertragingen aanzienlijk vergroten.
Op weg naar een groene toekomst
Ondanks de uitdagingen markeert 2024 een keerpunt in de energietransitie. Met plannen om het aandeel hernieuwbare elektriciteit met 85% te verhogen tot 2030, zijn voortdurende investeringen in opslagtechnologieën zoals batterijen en waterstof cruciaal. Deze oplossingen kunnen helpen om hernieuwbare energiepieken op te vangen en verspilling te voorkomen, terwijl fossiele brandstoffen steeds meer worden uit gefaseerd.
Het team van de DIA Groep staat voor onafhankelijk, duurzame oplossingen op het gebied van installatieadvies, exploitatieadvies en brandveiligheid. Onze opdrachtgevers vragen om passende oplossingen om een bijdrage te kunnen leveren aan de energietransitie waar de gebouwde omgeving in Nederland voor staat. Renovatie of Nieuwbouw – De DIA Groep gaat graag voor u aan de slag!